De Europese Commissie heeft haar goedkeuring gehecht aan een Nederlandse regeling om energie-intensieve bedrijven gedeeltelijk te compenseren voor hogere elektriciteitsprijzen als gevolg van indirecte emissiekosten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS).
Het effect van koolstofprijzen op de kosten van elektriciteitsopwekking
De Nederlandse regeling, met een totale geraamde maximumbegroting van 834,6 miljoen euro, zal een deel van de hogere elektriciteitsprijzen dekken gevolgd door de koolstofprijzen door elektriciteitsopwekking in de periode van 2021 tot 2025. De steunmaatregel is bedoeld om het risico op “koolstoflekkage” te verminderen, waarbij bedrijven hun productie verplaatsen naar landen buiten de EU met een minder ambitieus klimaatbeleid, wat wereldwijd leidt tot een hogere uitstoot van broeikasgassen.
De Commissie heeft de regeling goedgekeurd met de bedoeling energie-intensieve ondernemingen te helpen het hoofd te bieden aan de hogere elektriciteitsprijzen en te voorkomen dat zij hun activiteiten verplaatsen naar landen buiten de EU met een minder ambitieus klimaatbeleid. Daaraan wordt toegevoegd dat de regeling:
Toewijzing van de compensatie
De compensatie wordt aan de in aanmerking komende ondernemingen toegekend in de vorm van een gedeeltelijke terugbetaling van de in het voorgaande jaar gemaakte indirecte emissiekosten, waarbij de laatste betaling in 2026 zal plaatsvinden.
De begunstigden zullen een bepaald deel van hun indirecte emissiekosten moeten dragen, dat overeenkomt met 1 GWh elektriciteitsverbruik per jaar, waarvoor geen steun zal worden verleend.
Om voor compensatie in aanmerking te komen, moeten de begunstigden hun broeikasgasemissies met 3% per jaar verminderen ten opzichte van het niveau van 2020. Bovendien moeten de begunstigden aantonen dat zij:
NextGenerationEU helpt de Europese Unie de schade te boven te komen die door de pandemie van het coronavirus is veroorzaakt, zowel in economisch als in sociaal opzicht. Het is een instrument om de ecologische crisis aan te pakken en stelt de EU in staat groener, digitaler, veerkrachtiger en beter voorbereid op toekomstige uitdagingen te worden.