De overgang naar een circulaire economie is essentieel om klimaat- en milieurisico’s het hoofd te bieden. Voor België is het ook een middel om minder afhankelijk te zijn van derden, waardoor het beter bestand is tegen internationale prijsschommelingen en buitenlandse bevoorrading. Om deze uitdagingen aan te gaan, heeft de Groene Transitie, een van de focuspunten die door NEXT Generation EU worden gefinancierd, de ambitie om de EU-lidstaten om te vormen tot moderne, hulpbronnenefficiënte en concurrerende economieën. Het doel is de economie te stimuleren door middel van groene technologie, duurzame industrie en duurzaam vervoer tot stand te brengen en de verontreiniging terug te dringen.
NEXT Generation EU: de ambities van de Groene Transitie
Next Generation EU (NGEU) is een tijdelijk herstelinstrument om de onmiddellijke economische en sociale schade als gevolg van de pandemie te helpen herstellen. De herstel- en veerkrachtfaciliteit (RRF) is de spil van de NGEU, met leningen en subsidies ter ondersteuning van hervormingen en investeringen die door de EU-landen worden ondernomen.
Om toegang te krijgen tot NGEU-fondsen moet elke lidstaat een nationaal herstel- en veerkrachtplan (NRRP) ontwikkelen, waarin een samenhangend pakket van hervormingen en investeringen voor de periode 2021-26 wordt uiteengezet.
Het Belgische nationale herstelplan zal worden ondersteund met 5,9 miljard euro aan subsidies. 50% van het plan zal klimaatdoelstellingen ondersteunen.
De circulaire economie van de toekomst
Een overgang naar een circulaire economie die duurzaam is, vereist een optimaal beheer van grondstoffen (staal, olie, plastic, aardgas, steenkool, …). Het gebruik ervan is een grote uitdaging voor het milieu en het klimaat, een ambitie die wordt gestimuleerd door de Groene Transitie.
Aangezien milieu een regionale bevoegdheid is in België, organiseren zowel het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest als het Brussels Hoofdstedelijk Gewest hun eigen groene projecten binnen hun regionale RRP’s. Daarnaast krijgt ook de circulaire economie aandacht, aangezien dit een belangrijke bron van groene initiatieven is.
Het heeft het potentieel om de Belgische economie te transformeren en nieuwe en duurzame concurrentievoordelen te genereren, die verder gaan dan recycling. Ze is gericht op vermindering van het verbruik, levensduur, hergebruik, terugwinning, ecodesign en nieuwe vormen van consumptie van producten en diensten.
Ten slotte kan de overgang naar een circulaire economie ook oplossingen bieden voor bepaalde maatschappelijke uitdagingen die in het Belgische RRP zijn geanalyseerd. Het kan worden ingevoerd in meerdere verschillende sectoren zoals kunststoffen, voeding, bouw en chemie.
Hervormingen en investeringen in de richting van een koolstofarme samenleving
Het Belgische RRP voorziet bepaalde maatregelen om te evolueren naar een koolstofarme samenleving. De totale kosten worden geraamd op 204,3 miljoen euro, waarvan 197,9 miljoen euro (97%) door het RRF zal worden gedekt.
Projecten in het kader van deze component beogen doorgaans bij te dragen tot de ontwikkeling van een circulaire en koolstofarme economie. Zij hebben betrekking op de competenties op verschillende bestuursniveaus en de afstemming daarvan. Meer specifiek zijn zij gericht op de ontwikkeling en ondersteuning van:
Dit vertaalt zich in verschillende hervormingen en investeringen, aangepast aan elke Belgische regering:
De Vlaamse regering
In Vlaanderen wordt de circulaire economie gezien als een ecologische doelstelling, waar het valt onder “Klimaat, duurzaamheid en innovatie” in zijn regionale RRP. De ambitie is dat economisch herstel maximaal bijdraagt aan het koolstofvrij maken van de samenleving. Voor deze versnelde transitie naar een circulaire economie werd “Vlaanderen Circulair” ingezet met een budget van 39 miljoen euro. Het investeert in 3 hoofdprojecten:
Vlaanderen legt de nadruk op selectieve afvalinzameling en de ontwikkeling van een recyclingindustrie (44 miljoen ton in 2022).
De Waalse regering
Wallonië zet zich in voor een tweeledige aanpak van “nulafval” en een circulaire economie. De ambitie is het afval en de daarmee gepaard gaande kosten te verminderen en werkgelegenheid en innoverende activiteiten te creëren. Als gevolg daarvan is “Circulair Wallonië” in het leven geroepen, dat 10 ambities omvat die in meer dan 60 maatregelen zijn vertaald. Met een budget van 38 miljoen euro zijn de belangrijkste doelstellingen de volgende:
De Brussels-Hoofdstedelijke regering
De regionale strategie voor economische ontwikkeling (GSET) is een strategie die een globaal actieplan vormt voor de transformatie van de economie, en die erop gericht is alle actoren en sectoren van de regio erbij te betrekken. Daartoe is de GSET gebaseerd op twee hoofdbeginselen:
De drijvende kracht van het GSET is om bedrijven in dit proces te begeleiden, en de strategie wil inclusief zijn. Transitie naar een circulaire economie heeft hier zijn plaats, met maatregelen die variëren van het helpen van een bedrijf met ecologisch beheer tot het volledig veranderen van een bedrijfsmodel.
De 4 doelstellingen van de Brusselse circulaire transitie zijn de volgende:
FI Group blijft steeds op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen op zowel lokaal, regionaal, federaal en Europees niveau. Nieuwe hervormingen en investeringen rond circulaire-economie creëren opportuniteiten voor diverse ondernemingen. Onze consultants staan klaar om u te begeleiden en adviseren over enige financiële mogelijkheden voor jouw verdere ontwikkeling en de groei van uw projecten.